Zwanenmeer

Zwankroketten

Zet een kookpot op het vuur om de bouillon aan te maken. Voeg het zwansap (vocht uit het blik worst) toe, samen met de gevogeltefond.
Breng de bouillon op smaak met de mosterd en het citroensap. De bouillon mag krachtig smaken, maar zorg dat de zuurtegraad niet te hoog is.
Snipper de worsten fijn, maar zorg dat de textuur nog aanwezig is.
Maak in een andere pot ondertussen een roux met ongeveer gelijke hoeveelheden boter en bloem.
Voeg de bouillon toe aan de roux. Laat op een zacht vuur indikken tot een vaste saus. Blijf actief roeren om klonters en aanbakken te voorkomen.
Haal de vulling van het vuur en voeg de gesnipperde worsten toe.
Giet in een schaal en dek af met vershoudfolie. Laat de vulling een tweetal uren opstijven in de koelkast.
Klop een ei los in een schaaltje. Zet ook een schaaltje klaar met bloem en paneermeel.
Snij het opgesteven mengsel in blokken.
Haal de blokken afzonderlijk door de bloem, het ei en het paneermeel. Zorg dat overal een gelijke hoeveelheid aanwezig is voor een ovale korst.
Plaats de kroketten voorzichtig in het frituurvet op een temperatuur van 180°. Bak in enkele minuten goudbruin.
Serveer de kroketten warm met de Zwayonaise.

Kook de sushirijst gedurende 10 minuten in de aangegeven hoeveelheid water. Giet af en laat deze nog 15 minuten rusten onder het deksel.
Meng enkele lepels sushi-su (rijstazijn) onder de gekookte rijst.
Snij de komkomeer in dunne reepjes
Bak een omelet en snij deze ook in dunne reepjes
Leg een norivel (een dun vel gedroogd Japans zeewier) op een sushimatje, met de blinkende kant naar boven.
Leg een portie gekookte en afgekoelde sushirijst op het norivel en laat 1 cm vrij aan de bovenste rand.
Leg de vulling van komkommer, omelet en weense worst onderaan de rijst.
Rol nu de sushi strak op met behulp van het sushimatje.
Maak het vel nori nat met je vinger, om de rol dicht te plakken.
Snij de rol in stukjes met een scherp mes.
Je sushi is klaar! Serveer met wasabi en sojasaus.

Snij de champignons in schijfjes of partjes naar believen. Snipper de sjalot en snij ook de zwanworst fijn.
Zet een pan op het vuur met boter. Snipper de look en voeg toe aan de boter, maar zorg dat de look niet aanbrandt.
Bak de sjalot, zwanworst en de champignons gaar.
Deglaceer de pan met het sap van een limoen.
Voeg verse peterselie en bieslook toe.
Toast het brood en serveer de zwanpignon warm op de toast.

Neem een grote kookpot en zet deze op het vuur. Snipper de ui en stoof deze aan in een beetje olijfolie/boter tot hij glazig is.
Was en snij de prei in grove stukken. Stoof mee aan. Snipper de look of plet deze met een lookpers. Stoof kort mee aan en roer goed om.
Ontdooi de groentebouillon, of maak deze aan met een bouillonblokje (reken 1 blokje per 0,5 liter water). Giet bij de aangestoofde ui en prei.
Open de blikken weense worst en voeg het vocht of zwansap toe aan de bouillon.
Voeg de diepvrieserwten toe aan de soep.
Voeg nu ook de aromaten toe. Voor het bouquet garni kan u naar smaak variëren, wij raden aan zeker tijm en laurier niet te vergeten.
Laat de soep nu rustig 20 minuten garen. Zet een pan met boter op het vuur en snij de weense worstjes in ringen.
Bak de worstjes aan tot ze mooi gaar zijn.
Verwijder het bouquet en voeg enkele blaadjes verse munt toe. Mix de soep glad.
Schenk de soep in een diep bord en werk af met de gebakken worst. Serveer met toast.

Maak eerst de zwalsa zodat deze even kan marineren.
Snij 2 tomaten in kleine blokjes en doe deze in een kom.
Snipper de ui en voeg deze bij de tomaten.
Neem ongeveer een derde van de groene peper. Snipper zeer fijn en voeg toe aan het mengsel
Snipper verse koriander en voeg deze toe aan de zwalsa.
Breng om smaak met een scheutje zwansap en het sap van een halve limoen.
Laat gedurende een halfuur marineren in de koelkast. Dek af met vershoudfolie.
Snij de worst en de paprika fijn.
Neem een grillpan op hoge temperatuur en grill de worst en de paprika
Rol het gegrilde mengsel in een tortillavel.
Strooi gemalen kaas over de tortilla en plaats gedurende 5 minuten onder de grill